Qabd en Bast (spanning en geruststelling)
Qabd betekent letterlijk: zich gegrepen voelen, in spanning leven of onrust beleven, bij de hand worden genomen. In de taal der sufi's betekent dit dat de band tussen een mens en de bron van diens spirituele gaven en uitstraling, gedurende een zekere periode wordt onderbroken. Het resultaat is dat hij zich verstoord voelt, lijdt aan spirituele obstructie en 'constipatie' (zoals verstopping van het darmstelsel). Terwijl 'bast': geruststelling, kan beschreven worden als verlenging, ontwikkeling, afstandelijkheid en bevrijdt worden van spirituele 'constipatie'. Bast is ook de inwendige of spirituele ontwikkeling tot op het punt dat de zoeker een middel wordt om genade in het bestaan te bekomen en dat alle dingen en wezens kunnen worden omarmd.
Vrees en hoop of verwachting zijn allen een bewuste houding en een eerste stap van een reiziger op de weg naar de Waarheid. Spanning en geruststelling zijn een mysterieuze 'overeenkomst' buiten de wil en de bedoeling van de reiziger. De eerste blokkeert zijn weg, de tweede laat hem vleugels nemen om tot de hoogten te vliegen.
Als vrees en hoop een ongerustheid vertolken en een vreugdevolle verwachting m.b.t. de toekomst en het aantrekken en afstoten van dingen, dan kunnen spanning en geruststelling bekeken worden als de krampen waarmee het hart samentrekt door neerslachtigheid en het kloppen van het hart door vreugde.
Spanning en geruststelling hebben dezelfde betekenis voor hen die reizen op de hellingen van kennis van God als vrees en hoop of verwachting hebben voor de nieuwe ingewijden.
Spanning en geruststelling zijn in de handen van God. Zelfs als we de vrije wil van de mens niet helemaal kunnen uitsluiten, dan is deze wil alleen maar een benoeming. 'God veroorzaakt spanning én geruststelling.' (S2, A245). Zoals het geheel van de schepping in Zijn greep is, ter Zijn beschikking, is het Hij die leidt en beschikt. Zoals Hij het wenst, voor alle dingen: van de hemelen tot het menselijk hart. Het Profetisch gezegde: 'Het hart is tussen de twee vingers van de Al-Machtige, hij draait het rond, van de ene tot de andere toestand, en geeft het elke 'vorm' die Hij verkiest' herinnert ons aan dit feit. (Musnad, 2, 173/ Taberi, Tafsir, 3,126)
Als God het wil, trekt Hij een hart zo nauw samen en doet het lijden voor gebrek aan zulke dingen, dat niemand anders dan Hij de pijn kan verlichten. In tegenstelling daarmee kan hij het hart doen uitzetten en bij maken dat het geen andere behoeften meer heeft.
Spanning wordt veroorzaakt door de Grootsheid van God, terwijl de geruststelling door Zijn Gratie gebeurd. Terwijl Grootsheid en Schittering verwijzen naar het uiten van alle Namen door God aan het geheel van de schepping en in 'spanning' worden weergegeven; zijn Genade en Mededogen aanwezig in de 'geruststelling'. Spanning drukt het angstaanjagende, ontzagwekkende en majestueuze aspect uit van de Kracht die alle bestaan de wezens leidt van de grootste systemen tot de kleinste partikels. Terwijl 'geruststelling' de zachtaardige briesjes bevat van de geesten die bibberen in ontzag voor deze oneindige, uitgestrekte Kracht, deze overweldigende Majesteit.
Niet iedereen is in staat om dergelijke uitingen van Majesteit en Gratie op hetzelfde niveau te voelen. De mate van spanning en geruststelling is evenredig met de emotionele en spirituele capaciteit van mensen. Natuurlijk, wat een gewone mens voelt als onrust en geruststelling of verheuging heeft niet dezelfde intensiteit als de spirituele vreugde en angsten van iemand die in Goddelijke Waarheid is ontwaakt. Deze is voortdurend waakzaam voor wat wordt aangereikt door de halfopen deur vanuit de 'overschrijdende' sferen en bewust van het feit voortdurend van bovenaf te worden overschouwd.
Zoals alles en elk verschijnsel in het bestaan, zijn spanning en geruststelling ter beschikking van de Schepper en wisselen ze elkaar voortdurend af zoals nachten en dagen. Zelfs als sommige oorzaken van deze afwisseling bij de mens zijn gelegen, en de daden uit diens vrije wil, dan zal de Goddelijke Wil de periodes van spanning en geruststelling korter of langer maken. God geeft uitbundigheid en werpt de mens in spanning of doet hem in vreugde overvloeien. Op sommige momenten overbrugt een mens langere periodes van vliegen als een vogel zonder in spanning te worden gevangen. Op andere momenten bezoekt de spanning hem té dikwijls en deze periodes blijven aanhouden in die mate dat hij zich voelt als rollend van de ene in de andere kuil, blootgesteld aan grote onrust.
Zoals het spanning veroorzaakt, als iemand de plichten verwaarloosd die worden opgelegd door de spirituele positie die God hem aanwijst, zo brengen zonden meestal hun eigen spanning mee. Om deze reden moet een gelovige altijd waakzaam zijn van geen nieuwe zonden en afwijkingen te begaan; dit veroorzaakt spanning. Als hij niet zorgvuldig is, zal zorgeloosheid hem overweldigen. Hij moet zich voortdurend zuiveren van zonden, doorheen eerlijke boetedoening en goede daden. Nogmaals moet hij een afwachtende houding aannemen voor wat zal komen uit de transcendente sferen.
Terwijl spanning wordt vergezeld door angst, verbijstering en gevoelens van spirituele leegheid, manifesteert de geruststelling zichzelf in de vorm van vreugde, vervoering en enige uitingen of gevoelens van trots. Om deze reden wordt geruststelling, vergezeld van uitbundigheid, een gevaar voor spiritueel minder ontwikkelde personen die zich er nog niet hebben aan gewend van te reizen in de omstandigheden van de 'hemelse' sferen. Alhoewel er ook enige risico's bij spanning zijn, zijn de gevaren bij geruststelling groter en talrijker. Want iemand die gevangen wordt in spanning, voelt meestal in zijn geweten dat hij absolute behoefte heeft aan de Almachtige en wendt zich tot Hem in eerlijke erkenning van zijn behoeften. Hij roept: 'Hou me vast, hou me vast of ik val!. Door te ontsnappen aan de spirituele woestenij die hij voelt, wordt hij begunstigt door de hulp van de Almachtige en bereikt de hoogte die hij niet kan bereiken op momenten van geruststelling en blijheid. Hierdoor verliezen sommigen, als zij blootgesteld zijn aan zorgeloosheid en verlies van spirituele energie, op momenten van geruststelling, het juiste pad. De spanning echter, leidt bijna iedereen tot waakzaamheid. Deze spanning, ontstaan uit sommige van onze zonden of zorgeloosheid, wordt meestal het begin van een nieuwe golf van geruststelling. Op dezelfde manier geeft de geruststelling die trots en het verlies van spirituele energie veroorzaakt, het ontstaan aan nieuwe spanningen.
Een echte gelovige is iemand die ieder van zijn toestanden kan beoordelen zoals het echt is, met alle aspecten die erbij horen en kan deze vruchtbaar maken.
Spanning en geruststelling zijn elk een uiting van Hem, voor wie kennis heeft, God troost en ontspant, zodat de dienaar Hem moet danken en veroorzaakt spanning zodat deze zich moet aanscherpen.
- Aangemaakt op .