Het leven, het menselijk karekter en de deugd
1. Als een dier sterft, wordt het, samen met zijn begraafplaats, vergeten. Dit is echter niet het geval met mensen. Zijn mensen die de herinneringen van hun voorouders niet levend houden en die hun graven niet behouden zich ervan bewust dat zij hen tot de status van dieren verlagen? Respect voor de doden is een zekerheid die aan de levenden wordt vergund voor hun eigen toekomst.
2. Eén van de meest belangrijke manieren om de harten van mensen te veroveren is om een gelegenheid te zoeken om iets goeds voor hen te doen. Als zo’n gelegenheid zich voordoet, maak er dan onmiddellijk gebruik van. Als we onze harten toch eens konden instellen op het altijd goed doen voor anderen!
3. Goede zeden, een gezond geweten, goede manieren en deugden zijn als een universeel geaccepteerde valuta, niet beïnvloed door de veranderingen in de waarden van andere ruilmiddelen. Degenen die van zulke kwaliteiten zijn voorzien zijn als kooplieden met het hoogste krediet, die zaken kunnen doen waar ze maar willen.
4. Hoe meer mensen in dit leven lijden en zich bewust zijn van hun leven, hoe dieper hun gevoel wordt. Degenen die zich onbewust zijn van de bedoeling van het leven en de gebeurtenissen en die nog geen lijden hebben ervaren kunnen hun gevoelens en vermogens niet ontwikkelen en kunnen zich geen deel voelen van het bestaan.
5. Degenen met een sterke wilskracht en een goed, gezond karakter zullen niets van hun deugdzame essentie verliezen, zelfs als zij lijden aan duizenden pijnen en smarten en als zij gedwongen zijn hun visies en manieren te veranderen. Wat zullen we zeggen over de zwakken die, zonder provocatie, hun gedachten en manieren dagelijks veranderen?
6. Onwetendheid is als een sluier gedrapeerd over de oppervlakte der zaken. De ongelukkigen die deze sluier niet kunnen verwijderen zullen nooit tot de waarheden van de schepping doordringen. De grootste onwetendheid is het zich niet bewust zijn van God. Als dit is gecombineerd met arrogantie, wordt het een soort waanzin die niet kan worden genezen.
7. Een verstandig mens is niet iemand die beweert onfeilbaar te zijn en die daardoor onverschillig is voor de ideeën van anderen. Een waarlijk verstandig mens is iemand die zijn of haar fouten corrigeert en die de ideeën van anderen gebruikt als erkenning van het feit dat mensen geneigd zijn fouten te maken.
8. Het leven bloeit gedurende de kindertijd. Gedurende de jeugd groeit het door innerlijke spanning en spirituele worsteling op weg naar de waarheid. Tijdens de oude dag behoudt het zijn vitale energie ondanks het verlangen om zich te herenigen met de geliefden die al zijn heengegaan. Hoe ellendig is het voor atheïsten die het leven soms als komedie ervaren en soms als een tragedie en die daarbij het instinct voor vurige hoop en dankbaarheid in de mensheid onderdrukken. [Criteria or Lights of the Way, 12e editie, Izmir 1998, deel 2, p.118–23]
- Aangemaakt op .