Zinspeelt De Qur'an Op Wetenschappelijke Ontwikkelingen?
Zo hebben sommigen beweerd, ook in Turkije, dat wat de Qur'an bedoelt met 'dabbat al-ard' kleine bewegende schepseltjes, is Sura al Naml (27,82) het AIDS virus zou zijn. Om te beginnen zegt de Qur'an niets over de natuur van 'dabba'. Bovendien als we 'dabba' aanzien als het Aids-virus, dan is er geen reden om de virussen of bacteriën die bijvoorbeeld geslachtsziekten zoals syfilis veroorzaken, niet te aanvaarden. Bovendien kunnen we niet weten of er nieuwe virussen zullen opduiken, in de toekomst, die nog dodelijker zullen zijn dan AIDS. Bovendien is de context waarin 'dabba al-ard' wordt vernoemd in de Qur'an, een aanduiding van het verschijnen ervan aan het einde der tijden als er bijna niemand meer is die nog aan God geloofd. Wij moeten ons dus niet haasten om overeenstemming trachten te vinden tussen sommige Qur'an verzen en iedere nieuwe ontwikkeling in wetenschap en technologie.
Wetenschappelijke theorieën zijn meestal zoals kleren die; na enige tijd te zijn gedragen, versleten zijn en worden weggegooid. Proberen aan te tonen dat ieder nieuw wetenschappelijk feit of theorie is voorspeld door de Qur'an is een teken van een minderwaardigheidscomplex en betekent het geven van voorrang van wetenschap over de Qur'an. Elk vers en uitdrukking van de Qur'an heeft een universele inhoud die zich richt tot elk leerniveau van de mensheid, op elk moment: elke interpretatie die naar voor wordt geschoven in de geschiedenis verwijst slechts naar één aspect van die universele inhoud. Iedere vertolker of iedere geleerde en mens van inwendige kennis (gnosis), hangt ofwel af van zijn spirituele ontdekking of intuïtie ofwel van de zekerheid die hij bekomt of van zijn natuurlijke ingesteldheid. Aan één van beide aspecten zal de voorkeur worden gegeven. Bovendien aanvaarden we zowel de fysica van Newton als die van Einstein als 'wetenschappelijk' en waar. Nochtans kunnen ze beide, in absolute termen, 'fout' zijn en toch beide een zekere waarheid bevatten. Oorzakelijkheid is een sluier die God heeft uitgespreid over de snelle stroom van het bestaan, zodat we onze levens in zekere mate kunnen plannen. Daarom zijn zowel de fysica van Newton als die van Einstein relatief waar. Samengevat: bij het beschouwen van de Qur'anverzen moeten we de relatieve waarheden in het bestaan en onze levens in acht nemen want deze zijn véél talrijker dan de absolute, onveranderlijke waarheden.
Als een voorbeeld van de veelvoudige betekenissen van de uitdrukkingen in de Qur'an beschouwen we de volgende verzen: ‘Hij heeft de beide zeeën vrij laten stromen zodat zij elkaar ontmoeten, met tussen beide een versperring om niet te ver te gaan. (Al-Rahman, 55. 19-20) Deze verzen worden ijverig herhaald door heilige mensen in hun dagelijkse opzeggingen. Er is een verwijzing naar alle 'paren' zeeën of gebieden, spiritueel of materieel, figuurlijk en actueel, van de gebieden van Heerschappij en dienstbaarheid tot de sferen van noodzaak en omvatting, van deze wereld tot het Hiernamaals, met inbegrip van de zichtbare lichamelijke wereld en de Wereld van het Ongeziene, de Stille en de Atlantische oceanen, de Middellandse en de Rode Zee, zout water en zoet water in de zeeën en onder de aarde; ook de grote rivieren zoals de Eufraat en de Tigris, die zoet water meevoeren en de zoute zee, waarheen zij vloeien. Al deze, samen met vele anderen waarvan ik het vermelde niet nodig acht, zijn begrepen in de inhoud van de reeds eerder vermelde Qur'an verzen, in een letterlijke of een figuurlijke betekenis. Hierdoor moeten we de betekenis van een vers niet beperken tot een vastgesteld wetenschappelijk feit, zelfs als we in een Qur'an vers een treffende gelijkenis opmerken. We moeten eerder trachten alle andere mogelijke meningen en interpretaties mee in rekening te nemen.
Dit betekent nochtans niet dat de Qur'an geen aanwijzingen geeft of zinspeelt op wetenschappelijke ontwikkelingen of feiten. Omdat het de Goddelijke Openbaring is die alles omvat van 'nat en droog' (Al An'am 6.59) kan het zeker geen wetenschappelijke ontwikkelingen en feiten uitluiten. De Qur'an verwijst er inderdaad direct en indirect naar, maar niet zoals bij wetenschap en naturalistische en materialistische filosofie. Het is geen Boek over wetenschap en moet niet uitgebreid spreken over kosmologische en wetenschappelijke feiten. Het is de eeuwige interpretatie van het boek van het universum en de vertolker der wetenschappen die handelen over de verschijnselen der schepping. Het levert opmerkingen over de zichtbare en de onzichtbare werelden en onthult de spirituele schatten van de Goddelijke Mooie Namen in de Hemelen en op de Aarde. De Qur'an is de sleutel waarmee de verborgen realiteiten kunnen waargenomen worden die zich achter de gebeurtenissen bevinden die het natuurlijke en het menselijke leven uitmaken. Het is de tong van de verborgen wereld in de duidelijke wereld. Het is zoals de zon die schijnt in de spirituele en intellectuele wereld der Islam en het is de gezegende kaart van de volgende wereld. Het is de verwijzer naar de Goddelijke Kenmerken, Namen en Daden en de opvoeder van de mensheid die hen leiden naar waarheden en deugden. Het is een boek van wet en wijsheid, een boek van aanbidding en gebed, een Boek van Goddelijke Bevelen en Verboden. Het is ook een Boek dat alles bevat om te voldoen aan de menselijke spirituele en intellectuele behoeften. Er is eigenlijk geen probleem van theologische, sociale, economische, politieke of zelfs wetenschappelijke aard dat door de Qur'an niet in het kort, of uitgebreid wordt behandeld, rechtstreeks of in detail, symbolisch of als toespeling.
De Qur'an beschouwt eveneens de schepping niet als doel op zich, maar als een middel om kennis te verwerven over de Schepper. In tegenstelling hiermee beschouwt wetenschap de schepping als doel op zich en richt zich enkel tot de specialisten in de wetenschap. De Qur'an richt zich tot de hele mensheid en omdat het de schepping als een zekerheid gebruikt en een gids voor de mensheid, die grotendeels uit niet-specialisten bestaat, moet de Qur'an zich uitdrukken op een duidelijke manier die door iedereen kan worden begrepen. Het leidinggeven houdt in dat onbelangrijke dingen verstaanbaar worden gemaakt door parabels en vergelijkingen. Om de mensen niet in dwalingen te leiden, worden dingen niet gewijzigd die in de ogen der mensen vanzelfsprekend zijn zodat ze hen nutteloos of zelfs schadelijk kunnen lijken.
In essentie, zoals alles in het bestaan, hebben wetenschappen hun bronnen in één der Mooie Namen van God Almachtig. Het is de Naam van de Al-Genezende die op de geneeskunde schijnt. Meetkunde en werktuigkunde steunen op de Namen: Al-Juiste, Al-Scheppende en Al-Harmoniserende. De filosofie weerkaatst de Naam: Al-Wijze; enzovoort. Zoals eerder werd gesteld, heeft de Schepper in Zijn Boek, de Heilige Qur'an, verwezen naar alles dat Hij de mens heeft toegestaan te leren. Het is een middel om zijn spirituele en materiële vooruitgang te verzekeren. Omdat het voornaamste doel van de Qur'an is om de mens aan God te laten kennen, om de weg van het geloof en de aanbidding te openen, en om het individuele en sociale leven van de mens te ordenen en zo de mens te leiden naar perfect geluk in beide werelden, maakt het verwijzingen naar dingen en gebeurtenissen, zowel als naar wetenschappelijke feiten, om het doel te bereiken. Het vermeldt elk ding, overeenkomstig het belang ervan; hoe belangrijker, des te groter de kans om in de Qur'an te worden vermeld. De Qur'an vermeldt uitgebreid de zuilen van het geloof, de basisbeginselen der religie en de basis van het menselijk leven en der aanbidding van God. Het verwijst ook naar sommige andere zaken, overeenkomstig hun belang voor het menselijk leven. De betekenis van een vers kan met een rozenknop worden vergeleken. Het wordt verborgen door opeenvolgende lagen van bloemblaadjes. Een nieuwe betekenis wordt onthuld als elk blaadje zich ontvouwd en iedereen ontdekt één van deze betekenissen overeenkomstig de eigen capaciteiten en is daarmee tevreden.
- Aangemaakt op .